Duitsland 1: Waar zullen we eens beginnen
Vanaf 26 t/m 29 september naar duitsland met ons vader en moeder. Marielle kon niet mee van wegen drukke werkzaamheden. Er moet per slot van rekening ook nog gewerkt worden, want er moet toch geld binnnen komen, vooral met zo’n afwijkende hobby. Van te voren een pension geboekt in de buurt van bad tennstedt, namelijk. in kirchheiligen, een dorpje van de gemeente en op 12 km afstand van Bad Tennstedt. In eerste instantie had ik nog naar logeeradressen gezocht in bad Tennstedt zelf, maar een aantal gelegenheden waren bezet of je kwam dan terecht in een hotel voor 25 euro pp. per nacht. Nu was het met z’n drieën 45 euro per nacht incl. een goed ontbijt. laten we wel wezen zolang we nog niet in de Turnhalle kunnen slapen, proberen we zo goedkoop mogelijk ergens te logeren. Je rekent toch bij iedere extra euro die je uitgeeft in bouwmaterialen. Om op bouwmaterialen te komen. We zijn in de gelukkige omstandigheid dat net buiten de stad een grote (Hagenbau)bouwmarkt ligt. Dat is niet altijd zo vanzelfsprekend in Duitsland en op het platteland.

Ja, en dan sta je daar op locatie: Onkruid tot aan je oksels en een muf gebouw vol spinnewebben en stof. Eerst maar eens de aanhanger legen. Geeft altijd wel wat bekijks bij de locale bevolking. Gelukkig ligt de turnhal aan de rand de stad, zodat je minder last van pottekijkers hebt en daarnaast bevindt de stadsmuur zich langs een verkeersarm wandel/fietspad. Hier nog een plattegrond van de turnhal van de makelaar om een idee te krijgen waar we het over hebben:
Originele plattegrond van de gemeente:
Met Klaus hadden we een afspraak bij het cafe de zwarte adelaar. Met hem een biertje en een Thueringer bratwurst gegeten. Alvast ook wat euro’s gegeven voor (in de toekomst) te te regelen zaken en uiteraard om hem wat aan ons te binden. Hij zou het een en ander voor de volgende dag regelen, dan werd ik verwacht in het cafe bij het stadshuis.
Teruggekeerd in de turnhal, de nodige werkzaamheden verricht mbt. het doorluchten, opruimen van rotzooi en het vrij maken van een kamer waar we stofvrij konden zitten en eten. Praktisch was hiervoor het oude kantoortje geschikt, het zg. Lehrer raum. Dit was nl. ook het kleinste kamertje. In deze kamer bevond zich ook de hoofdkraan van het water. En dat brengt ons bij het volgende: Water….
Bijna vanzelfsprekend waren we er vanuit gegaan dat naast stroom (en zelfs gas ook water aanwezig zou zijn, totdat we de hoofdkraan open draaiden…geen water dus. Nou om een lang verhaal kort te maken: via via een aantal mensen duidelijk gekregen dat vroeger, toen de turnhal nog operationeel was, fam Bunzel (de buren) de hal beheerden. Vroeger was er in hun tuin een direkte doorgang naar het terrein van de turnhal en daarnaast ging de aanvoerleiding van het water ook via de buren. Toen 10 jaar geleden de hal gesloten werd door de bouw van een nieuwe sportzaal, werd ook de aanvoer van het water afgesloten. Da’s dus een flinke tegenvaller. Volgens de makelaar zou er ook water aanwezig zijn en dan zal hij daarmee toch niet het waterstroompje voor de stadsmuur bedoeld hebben? Hierop bij familie Bunzel geïnformeerd en die bevestigden de situatie; de aanvoerleiding lag nog wel in hun tuin, maar de aansluiting was al jarenlang afgesloten en vervangen… Herstellen was onmogelijk, volgens mw Bunzel.
Deze dag had ik ook nog een afspraak met een medewerker van de watervoorziening. Deze vertelde dat als er een leiding vanaf de hoofdleiding afgetakt moest worden door het waterleidingsbedrijf tot aan de turnhal, dat dat meer dan 10.000 euro zou kosten. Dus geen optie…
Balen dus…. Een geluk hadden we dat we een dompelpomp meegebracht hadden en een 200 litervat. Niet bij de pakken gaan zitten; dompelpomp in het beekje en het vat vullen. Water genoeg in ieder geval om schoon te maken, maar niet om te drinken, ongeacht hoe helder het water van de ode is.
inmiddels was het al aardig laat geworden en verlangde we naar onze slaapplaats in Kirchheiligen. Ondanks dat het maar 12 km verwijderd was van Bad Tennstedt was, duurde het toch nog wel een tijd eerdat we er waren. Zo in het donker lijkt het wel niemandsland. De wegen zijn niet verlicht en je bevindt je, voor je gevoel ver weg van de bewoonde wereld. ‘s avonds onder het genot van een goede borrel de planning maar gemaakt voor de volgende dag.
De volgende dag (vrijdag) had ik een afspraak met Klaus.
Bij het cafe aangekomen bij het Rathaus (stadhuis) werd ik verwelkomd door een hele delegatie: uiteraard Klaus, een aannemer, een Mauer (metselaar), een architect en iemand van de gemeente. Klaus had dus ook niet stil gezeten. De communicatie verliep moeizaam met behulp van handen en voeten. Eerlijk gezegd zat ik niet op zoveel mensen te wachten en was Klaus veel te voortvarend van start gegaan. Nu hadden we nl. ook de slapende honden van de gemeente wakker gemaakt. Want het eerste wat de mevrouw en de architect zeiden was, hoe het gesteld was met de vergunning. Het gesprek werd afgebroken en ik moest mee naar het gemeentehuis, naar de het hoofd van het bauamt. Die wist me in het kort snel uit te leggen dat een vergunning het niet een, twee, drie geregeld kon worden. Daarnaast zit er geen woonbestemming op het pand. Ja, dat wist ik natuurlijk al lang van te voren. Maar wij waren ook niet van plan om het allemaal zo officieel aan te pakken. Zonder concrete afspraken ging het gezelschap uit elkaar en de kater was voor mij het grootst. Klaus had volgens mij dollartekens(euro,s) gezien en daarom allerlei mensen van alles beloofd.
Na terugkomst bij de turnhal mezelf maar weer gestort in het opruimen en verplaatsen van spullen van A naar B. Naast het schoonmaken was ons moeder in de weer met het verzorgen van de koffie en het eten. In de buurt zit een grote supermarkt en een drankenhandel. Het stadje is overigens gezegend met drie grote drankenhandels. Een eerste levensbehoefte in het oosten , volgens mij. Af en toe kwamen mensen even nieuwsgierig binnen kijken en dan werden ze voorop gegaan door een gigantische alkoholkegel, ongeacht het tijdstip van de dag.
Ja, aan belangstelling geen gebrek. Veel mensen vertelde dan anekdotes over de sporthal. De meeste mensen hadden er vroeger gesport. Oudere mensen hadden er zelfs vroeger gedanst, toen het nog een gemeenschapshuis was. Op een gegeven moment liep het zo storm van nieuwsgierigen, dat we de poort maar op slot deden, anders kwamen we niet toe aan onze werkzaamheden. Een daarvan was bv. het verwijderen van het roostergaas voor de van glazen bouwstenen voorzienen ramen, het snoeien van wat bomen en het wieden van onkruid, schoonspuiten van de stoep. Ook hebben we een aantal sloten verwisseld van de buitendeuren.
Een oud deurtje je wat vanaf het plattedak toegang verschafte tot de zolder, werd weer gangbaar gemaakt. Op de eerste etage zit dus

nog een zolder van ongeveer 150m2, met een nokhoogte van ongeveer 6 meter. Ik zie het maar als een extra bonus, maar tot dusver zouden we niet weten wat we ermee moeten doen en heeft ook de laagste prioriteit. Vanuit het zg. gerateraum kun je middels een luik ook op de zolder komen. Op de zolder ligt gigantisch veel rotzooi (stro, kapotte dakpannen, oude kapotte sporttoestellen, deuren en kapotte meubeltjes). Daarnaast viel het ons op dat aan de gordingen allemaal touwtjes bevestigd waren. Bij latere navraag bij de buren, hingen vroeger hieraan, tabaksbladeren te drogen. Misschien dat de zolder in de toekomst dienst kan doen als zoiets gelijkwaardigs maar dan zit ik meer te denken aan wietteelt….
Hieronder een situatieschets van de nabije omgeving van de turnhal..
Aan het eind van de laatste dag hadden we nog even tijd om naar het plaatselijke naturschutzgebiet Bruchwiese (zie beschrijving van Peter Florian) te gaan alwaar zich drie Quellen bevinden: bruchteich, Glaserloch, Kutscherloch.
Nog wat bonusfoto's:
Mn. het waterprobleem baarde ons zorgen. Nu hadden we vernomen dat een 15 km verderop in het dorpje Merxleben een bronnenbauer zit, nl firma Conrad. Deze hebben we op de terugweg bezocht. Aan het einde van het gesprek hadden we een goed alternatief en vooruitzicht voor de volgende keer. Een bron boren (op lucht) zou ons per meter ongeveer 100 euro kosten incl. leiding en buispomp. Zonder probleem kan men tot 100 meter diepte, maar een diepte van 10 tot 20 meter zou afdoende moeten zijn. Het enigste probleem zou het aanwezig kunnen zijn van Schwefelwasser en dan zouden we het niet als drinkwater kunnen gebruiken. Hoogstens als kuurwater, waaraan Tennstedt zijn BAD (kuuroord) dankt. Daar zitten we ook niet helemaal op te wachten…….
Geen opmerkingen:
Een reactie posten